Het verloop van een behandeling in de celtherapie
De therapie bestaat uit het toedienen van celsuspensies. De behandeling verloopt volgens het principe ‘similia similibus curantur’ (zie het hoofdstuk Homeopathie). Bij hartaandoeningen geeft men hartcellen, bij leveraandoeningen implanteert men foetale levercellen enzovoort. Slechts in weinig gevallen zal er sprake zijn van een aandoening van één orgaan, meestal is een orgaansysteem betrokken bij een ziekte. In de praktijk gebruikt men dan ook celcombinaties. Voor elke patiënt moet de celcombinatie individueel worden samengesteld. Door ervaring zijn voor bepaalde indicaties standaardcombinaties uitgekristalliseerd. Voorbeelden van zulke combinaties zijn:
– Bij arteriosclerose geeft men placenta, foetale milt, foetale lever, hypothalamus, hart en arteriën.
– Bij chronisch emfyseem geeft men placenta, foetale longen, foetaal hart en foetale lever.
– Bij latente hepatopathieën en hepatosen geeft men placenta, foetale lever, foetale maag en bijnier.
– Bij climacteriële klachten geeft men: placenta, ovariumfollikels en tussenhersenen.
– Bij algemene revitalisering: placenta, hypothalamus, testis/ovarium, foetaal bindweefsel en foetale lever.
– Bij chronische klachten van de spijsvertering geeft men: placenta, foetale maag, foetale dunne darm, foetale dikke darm en lever.
Het toedienen van celsuspensies
Celsuspensies worden intramusculair en subcutaan toegediend. Meestal geeft men de injectie in het buitenste kwadrant van de bilspier en dan in het voorste gedeelte van de musculus gluteus medius en minimus. De subcutane injecties worden in de regio van de musculus gluteus maximus ingebracht. Na de injectie van celpreparaten kan men drie fasen onderscheiden.
De drie fases
De eerste fase manifesteert zich direct na de inspuiting. Bepaalde bestanddelen uit de cellen, die direct in de bloedbaan worden opgenomen, worden actief. De patiënt ervaart een kortstondige verbetering van zijn klachten en een versterkt vitaliteitsgevoel. Na enkele dagen is deze fase voorbij en begint de belastingfase. De patiënten geven aan, dat ze zich ‘afgetakeld en moe’ voelen en dat ze meer last hebben van hun oude klachten. Deze fase duurt elf tot veertien dagen nadat de injectie heeft plaatsgevonden. De derde fase van de celtherapie wordt regeneratiefase genoemd. In deze periode openbaart zich het effect van de nagestreefde genezing. Er is sprake van een revitalisering (eetlust neemt toe, gewichtstoename, betere doorbloeding van de huid, een opgewektere stemming). Dit is vooral een subjectieve verbetering. Objectief kan men een verhoogd prestatievermogen en een verbetering waarnemen, soms normalisering van het orgaanlijden.
Deze periode begint drie of vier weken na de behandeling en duurt vier tot zes maanden tot vele jaren. Soms blijft het effect van de therapie jarenlang bestaan en is een eenmalige behandeling voldoende. In andere gevallen kan men de behandeling na een halfjaar herhalen.