Over natuurgeneeskunde
De term natuurgeneeskunde wordt in het algemeen spraakgebruik vaak gebruikt als synoniem voor alternatieve geneeswijzen, dat wil zeggen het hele arsenaal van geneeswijzen welke niet aan de Nederlandse universiteiten en paramedische instituten worden gedoceerd. Ook de termen natuurgeneeskunde, natuurgeneeswijze, natuurgeneeskunst en naturopathie worden door elkaar gebruikt. In dit hoofdstuk wordt gekozen voor de term natuurgeneeskunde. Onder natuurgeneeskunde worden die behandeling- en geneesmethoden verstaan, die ziekelijke stoornissen trachten te voorkomen en/of te genezen door ondersteuning van de natuurlijke geneeskracht die in ieder menselijk organisme aanwezig is.
Binnen de natuurgeneeskunde kunnen verschillende scholen worden onderscheiden. Zo zijn er natuurgeneeskundigen die zich bij hun behandeling beperken tot natuurlijke prikkels als voeding, licht, lucht, water en beweging. Andere scholen, waaronder de Engels georiënteerde natuurgeneeskundigen, zijn van mening dat naast bovengenoemde natuurlijke prikkels gebruik kan worden gemaakt van homeopathische middelen, mineralen en geneeskruiden, daar deze ook een appèl doen op de natuurlijke geneeskracht. In Duitsland vindt men de laatste decennia een school natuurgeneeskundigen die de zogenaamde biologische geneeswijze toepassen.
Zij gaan eveneens uit van de natuurlijke geneeskracht die bij ieder mens aanwezig is en trachten deze geneeskracht te vergroten. Hun behandelingen beperken zich echter niet tot de door de natuur gegeven mogelijkheden, maar ze integreren uiteenlopende therapeutische methoden om de zelfgenezing van de patiënt beter te laten verlopen. Deze therapeutische methoden zijn onder andere: acupunctuur, neuraaltherapie, ozontherapie, eigenurine- en eigenbloed therapie, koortstherapie, Alexander-techniek, celtherapie, manuele therapie, enzymtherapie en symbiontentherapie. Een onderdeel van de biologische geneeskunde is de biologische tumortherapie, ook wel aangeduid als niet-toxische tumortherapie. In deze benadering wordt kanker niet gezien als ziekte van een orgaan, maar als een regulatiestoornis van de totale mens. Een belangrijke ontwikkeling ten aanzien van de theoretische basis van de natuurgeneeskunde vormt het concept van het basisbioregulatiesysteem. Recent heeft vooral het biofotonenonderzoek de aandacht. Alle biologische systemen zenden een zwakke elektromagnetische straling uit en zijn zeer gevoelig voor elektromagnetische straling van buitenaf. Volgens onderzoekers (o.a. F.A. Popp) wordt deze ultrazwakke celstraling (= biofotonen) gebruikt voor regulatieprocessen in het organisme. Dit concept zou aansluiten bij het verklaringsmodel van het basisbioregulatiesysteem.